Inzicht in wat voorouders hebben meegemaakt helpt om de situatie te relativeren en daarbij een goed standpunt of visie te kunnen innemen. Terwijl de COVID-19 pandemie over dit land raast, kan men zich afvragen hoe genealogie context biedt aan deze tegenslag en de kracht om vol te houden.
Wat ik me realiseerde is, dat er iets geruststellends is om te weten dat voorouders zoiets hebben meegemaakt. Mijn vader vertelde mij tijdens de jeugdjaren veel over de crisis tijdens de Spaanse griep. De mensen werden soms dol van het luiden van de klokken die een dode aankondigden. Bij iedere griepgolf zat de schrik erin dat de Spaanse griep weer terug kwam. Moderniteit, comfort en privileges kunnen ons het gevoel gegeven dat wij verlost zijn van de ellende en de primitieve gezondheidszorg van het verleden – we hebben antibiotica en alles! – maar een moderne ziekte die zich gemakkelijk verspreidt zonder vaccin of bepaalde genezing herinnert ons eraan dat we niet onkwetsbaar zijn. We moeten weten hoe mensen door zoiets heen komen als ze kunnen. Genealogie biedt ons hulp en vertroosting en mogelijk uithoudingsvermogen.
Sinds de coronavirus uitbraak hebben heel wat mensen zich afgevraagd hoe genealogie helpt bij het vormgeven van dit specifieke moment, met het horen van de familieverhalen over de polio-epidemie, de Spaanse griep, pokken, tuberculose en oorlog. Ze praten over wie er gestorven is en wat men achterliet. Ze praten over hoe de overlevenden met deze tragedies omgingen, en hoe de erfenis van deze momenten werd doorgegeven – in dagboeken en bandopnames, in blijvende angst en trauma– bij kinderen die naar de doden zijn vernoemd.
Zonder genealogie kan het verleden abstract voelen; in totaal bekeken, een tragedie als de Spaanse griep kan smelten tot een abstracte horror. Maar als men een band heeft met een voorouder die zo’n tragedie heeft meegemaakt, zijn de omstandigheden veel reëler en invoelbaar. En als de mensen uit het verleden voor ons echt zijn, betekent dit dat we niet zo verschillend van hen zijn. Dit betekent dat ze ons veel te leren hebben. Hoe geestdodend verschrikkelijk de pandemie van 1918 ook was, de wereld kwam niet helemaal tot stilstand. Mensen kwamen er doorheen, hoe hartverscheurend dat ook voor sommigen zou kunnen zijn geweest. Ze bleven maar doorgaan, en dat zullen wij ook moeten doen.
Familiegeschiedenis biedt inzicht in de zwakheid van het leven, en in uithoudingsvermogen van families. En familiegeschiedenis kan hiermee een middel van verbinding en troost zijn. Familiegeschiedenis leert wat er mogelijk is. We zijn allemaal de erfenis van gewone mensen, mensen die op weg waren naar nieuwe plaatsen, vochten in oorlogen, hard bleven werken toen ze moe waren en dapper bleven als ze bang waren. Wij zijn de producten van hun vindingrijkheid, hun geluk, hun koppigheid.