Doodsbriefjes belangrijke bron.

0
901

“Of mensen geëvacueerd zijn, of een zwervend bestaan hebben geleid, maar ook belangrijke ontwikkelingen binnen de medische stand: je ziet zoveel méér terug in doodsbriefjes dan enkel de oorzaak van overlijden”. Wat zijn doodsbriefjes. Sinds 1865 is het in Nederland zo geregeld: de arts die het overlijden van iemand vaststelt, moet een verklaring opmaken met daarin de oorzaak van het overlijden. Die verklaring gaat vervolgens naar de ambtenaar van de burgerlijke stand. Nu zijn er twee soorten doodsbriefjes. Doodsbriefje A is een beknopte omschrijving, doodsbriefje B is veel uitgebreider; bestemd voor het Centraal Bureau voor de Statistiek voor verwerking in de bevolkingsstatistiek. 

Wat je aantreft, is afhankelijk van de plaats waarin de doodsbriefjes zijn opgemaakt. Van sommige gemeenten zijn de doodsbriefjes niet bewaard gebleven, anderen maakten slechts een notitie. “Maar Veghel bijvoorbeeld, daar werd echt een dossier gemaakt. Met daarin – naast de naam en de doodsoorzaak – ook leeftijd en adres, ouders, het aantal kinderen, de erfgenamen en een omschrijving wat diegene achterlaat. Woonde de overledene buiten Veghel, dan kwam er ook nog een brief bij. En in sommige gevallen schrijven de ouders een brief over hun overleden kind.

“In totaal hebben we nu meer dan 220 oorzaken van overlijden genoteerd. Soms zie je dan ook precies in welke tijd je bent beland. Mensen die omkomen omdat ze zijn getroffen door een handgranaat, of een bominslag. Dat maakt de oorlog bijna tastbaar. Soms is het ook zo droevig: zwangerschappen die fataal aflopen, alleen omdat het kindje in een stuit ligt. Of als er na een geboorte van een tweeling eerst het ene kindje overlijdt, de dag daarna het andere en niet veel later de moeder zelf. Dan zie je al helemaal voor je in welke misère zo’n vader zich dan plotseling bevindt.
Als een kindje doodgeboren is, staat de naam van de ouders erbij. “Zodat zo’n jongetje of meisje meer is dan alleen de vermelding ‘doodgeboren’. Dat maakt het ook een heel bijzonder archief. Net zoals het dossier van iemand die een zwervend bestaan heeft geleid. Dat de gemeente waarin hij is overleden zo nauwkeurig mogelijk in kaart heeft gebracht waar hij al die tijd is geweest

Meedoen?
Wil jij ons helpen met het ontsluiten van deze belangrijke bron? Je gaat je dan bezighouden met het transcriberen en invoeren van informatie op de doodsbriefjes, zoals de naam en leeftijd van de overledene, behandeling, naam behandelend arts en uiteraard doodsoorzaak. Interesse? Neem dan vrijblijvend contact op met Mariët Bruggeman, coördinator studiezaal, tel. 073-681 85 00 of mail naar: info@bhic.nl. — Bhic-zet-index-doodsbriefjes-online