Van de redactie
In dit nummer wordt eerst stilgestaan bij de herdenking van het 150ste geboortejaar van de beroemde heraldicus Muschart. Casper van Burik richt de schijnwerper op Muscharts collecties, zijn publicaties en de correspondentie die hij heeft nagelaten. Daarbij komen heel veel aspecten van de heraldiek ter sprake en een aantal specifieke kenmerken van zijn werkwijze. Een kijkje op de man en zijn manier van werken.
In het tweede hoofdartikel schetst Jan Borleffs de snelle groei van een eenvoudige maar ondernemende familie van scheepstimmerlieden tot een rijke koopmansfamilie. Opvallend in het verhaal zijn ook de snelle accumulatie van kapitaal en het beleggen in onroerend goed. Nu, drie- tot vierhonderd jaar later is er niets veranderd, toch?
Verder een bijzondere bijdrage vanuit het CBG over de digitalisering van de persoonskaarten, een gigantische klus want 5,75 miljoen kaarten! Een kijkje achter de schermen hoe het hele proces is uitgevoerd. Winst: een aanzienlijke verbetering en versnelling in de dienstverlening op dit punt.
Voor de familieverhalen trekken we het land in. Vanuit Groningen brengt Petronella Elema een vergeten kunstenaar voor het voetlicht met een zeer zeldzame: Anticus. Anders dan de naam misschien doet vermoeden is de herkomst nog niet opgelost. Onder Portret dit keer een tragisch levensverhaal uit Leerdam over een gezin Van Lobberecht. Voorts een bijdrage van Antonia Veldhuis over het poëziealbum van Klaske Moerman. Zij laat zie hoe je op een genealogische manier met zo een album kan omgaan. Wie waren de schrijvers van de stukjes en welke relatie hadden zij met Klaske? Zo kun je ook voor eenvoudige mensen een netwerk in beeld brengen. Uit Limburg hebben we de toekenning van de Edmond Delhougne penning aan Martin Pfeifer, de drijvende kracht achter het hele AEZEL-project (zie GN 2020-4).
Tot slot de gebruikelijke rubrieken VANALLES, Gens Nostra Extra, boekrecensies en dit keer Nederlandse tijdschriften.
De redactie wenst u veel leesplezier.
Ga naar de Gens Nostra site.