Op deze site hebben we uitvoerig de belangrijkste epidemieën besproken die vooral de Westerse landen troffen. Deze epidemieën werden vooral van de medische kant besproken en er werd minder aandacht gegeven aan de sociaal economische gevolgen en de historische context. Epidemieën zijn immers niet los te denken van de geschiedenis. Epidemieën staan immers vaak niet op zich zelf, maar treden op tijdens oorlogen, grote migratiestromen en globalisatie van de samenleving en de wereldhandel. Wat de gevolgen van een epidemie, een oorlog of economische crisis zijn is soms moeilijk te onderscheiden. Vandaar dat het definiëren van het einde van een epidemie vaak zo moeilijk en onduidelijk is.
Epidemieën zijn belangrijk voor de studie van de familiegeschiedenis. Hele families sterven ineens uit of worden plots kinderloos. Vaak heeft de dood van de kostwinner of de moeder diepgaande gevolgen voor de familiegeschiedenis. Ook de andere gevolgen zoals migratie en werkeloosheid hebben diepe invloed ook voor latere jaren. We hebben ons in vroeger bijdragen vooral op de ziekte en het ziekte verloop geconcentreerd maar minder op de afloop en de sociale gevolgen van deze pandemieën. Deze kwestie is momenteel actueel, gezien de Covid-19 pandemie. Hoe zal onze samenleving en de gezinsstructuren gaan veranderen. Denk aan het sterven van de ouders en het nalaten van wezen. Denk ook aan echtscheidingen in tijden van angst en onzekerheid. Daarom bespreken we in deze bijdrage de belangrijke Europese epidemieën en de gevolgen hiervan voor de samenleving.
Een epidemie/pandemie heeft 2 kanten: een medische kant nl. de explosie van het aantal sterfgevallen door een omschreven ziekte en een sociale kant nl. de angst, die optreedt wanneer de vrees voor de ziekte onder de bevolking toeneemt en soms tot wanhoop leidt. Deze angstepidemie kan verergeren wanneer deze gecompliceerd wordt door kwesties als ras, privilege en taal. Bijna iedere epidemie in het verleden bracht na de uitbraak grote sociale gevolgen met zich mee die de samenleving soms langdurige deed veranderen. Na de pest komt hongersnood, oorlog en de dood, volgens het Bijbelboek Openbaringen 6. Misère en ellende na een epidemie is gelet op dit citaat kennelijk van alle tijden. Nu is dat niet de pest, maar Covid19, dat ons terroriseert. Maar wellicht is nog dreigender de economische crisis met armoede voor velen, politieke onrust door wanhoop en onzekerheid en mogelijk politieke conflicten waarbij dodelijke slachtoffers te betreuren zullen zijn.
“Hoe zal de huidige pandemie eindigen?” is een vraag die veel mensen zich momenteel stellen. Deze afloop wordt niet alleen bepaald door medische en volksgezondheidsgegevens, maar vooral ook door sociaalpolitieke processen. De eindes van een epidemie waren in het verleden altijd zeer onduidelijk. Proberen om het einde van de epidemie te definiëren is moeilijk en wordt mede bepaald door diverse sociale factoren zoals het gedrag van de bevolking. Epidemieën leggen immers de zwakten van samenlevingen bloot. Als de pandemie een economische catastrofe aanricht door bijvoorbeeld sociale onthouding (lockdowns) ziet men op den duur dat steeds meer en meer mensen zeggen met de beperkende maatregelen klaar te zijn, en stellen “genoeg is genoeg”. Men accepteert dan de situatie en probeert vervolgens hiermee te leren leven. In veel gevallen doet een epidemie de lopende ontwikkeling versnellen waardoor geleidelijke aanpassingen komen, ook al is de ziekte niet geheel verdwenen. De arbeidsmarkt past zich op de nieuwe werkelijkheid aan en men zoekt naar nieuwe wegen. Pandemieën hebben daarom meer dan eens een hoofdrol gespeeld in de wereldgeschiedenis, vaak met grote gevolgen voor economie, politiek, oorlog etc.
Intussen lijken de maatregelen die landen op dit moment tegen de Covid19-crisis nemen ondanks alle medische vooruitgang, opmerkelijk veel op ingrepen die in vroeger tijden ook al gangbaar waren. Ook nu staat sociale distantie weer centraal en wordt het woord quarantaine weer veelvuldig gehoor. Dit woord gaat terug tot de middeleeuwse Italiaanse stadstaten, die zeelieden voordat ze ze aan land toelieten veertig (quaranta) dagen isoleerden in de hoop de pest buiten de stadspoorten te houden. Ook het sluiten van landsgrenzen en de instelling van een cordon sanitaire om een stad of gebied zijn maatregelen uit de oude doos, net als tips om niet onbedekt te hoesten, de handen te wassen en mondkapjes te dragen. Epidemische ziekten als cholera, tyfus en gele koorts speelden ook een belangrijke rol, omdat ze de macht van regeringen vergrootten. Regeringen trokken steeds meer regelgevende macht naar zich toe om de epidemieën te bestrijden en kregen soms dictatoriale trekken. Sommige media hebben het nu over ‘draconische’ stappen, maar de meeste dingen die worden gedaan zijn gewoon de bekende klassieke maatregelen. Preventie en hygiënische maatregelen zijn bepalend voor de aard en het tijdstip van het einde van een epidemie. Dit wordt door het menselijk gedrag bepaald, die wispelturig van aard is. De afloop van een epidemie is daarom niet in de tijd te preciseren. Hoe daarom een epidemie verloopt, blijft dus tijdens de epidemie onzeker en leidt vaak tot speculatie achteraf. Maar de ervaringen met vroegere epidemieën kunnen toch een tip van de sluier optillen. Het is dan ook instructief om de sociale impact van vroegere West-Europese epidemieën hier uiteen te zetten, omdat dit een beter zicht geven op wat effectieve ingrepen zijn. In deze reeks zullen we daarom achtereenvolgens het verloop en gevolgen bespreken van de hier onderstaande grote Westerse pandemieën:
Zwarte Dood/Builenpest (1347-1351)
De Tweede Pestgolf ( 17de eeuw)
De Pokken (18de eeuw)
De Cholera (1817)
De Spaanse griep (1918)
Deel 1 Verloop en gevolgen van de Zwarte Dood/Builenpest (1347-1351)
De meest verwoestende pandemie die West-Europa doormaakte is de Zwarte Dood geweest, ook wel bekend als de Builenpest. Ongeveer meer dan 200 miljoen mensen stierven tijdens een periode van slechts vier jaar, bijna de helft van de bevolking. De ziekte bereikte ons door het handelsverkeer met het Midden-Oosten en trof in eerste instantie vooral de Italiaanse havensteden zoals Genua, Venetië, etc. De Zwarte Dood sloeg toe in een voor West-Europa gevoelige periode met veel troepenverplaatsingen. Engeland en Frankrijk waren verwikkeld in de Honderdjarige Oorlog en de katholieke kerk verkeerde in een crisis, waarbij pausen tijdelijk in ballingschap gingen in de Franse stad Avignon. Het 14e-eeuws Italië werd ook geteisterd door hongersnoden en oorlogen die de verspreiding van epidemieën zoals de pest nog verder in de hand werkten.
De ziekte wordt veroorzaakt door een stam van bacteriën, Yersinia pestis, die door ratten en vlooien op de besmette dieren wordt verspreid. Maar builenpest, die bekend werd als de Zwarte Dood, kan ook worden doorgegeven van een besmet persoon aan gezonde persoon door middel van ademhalingsdruppels. Dit veroorzaakt dan de longenpest die binnen enkele dagen tot de dood leidt, Men leerde al vroeg dat men er met uitsluitend het doden van ratten bij de bestrijding van de pest niet is en dat ook isolatie nodig is.
De gevolgen van de pest waren verschrikkelijk. Zo’n 30 tot 60 procent van de Europese bevolking kwam om. Het was geen wonder dat de bevolking zeer angstig was. De angst was door de onzekerheid nog heviger, omdat de mensen niet wisten waar de verschrikkelijke ziekte vandaan kwam . Een gevolg was dat mensen hun toevlucht zochten tot religieus fanatisme. Een bijzonder vorm van dit fanatisme was dat van de flagellanten of Charismatische flagellantengroepen. Deze trokken door stad en land, intussen zichzelf geselend en klaagzangen zingend. Zij riepen mensen op tot berouw en boetedoening. De pest werd namelijk beschouwd als straf van God. De piek van de flagellanten-activiteit lag tijdens de Zwarte Dood, die in 1347 begon, waarna er in 1349 spontaan geselgroepen opstonden. De geselbroeders vestigden zich in kampen in de buurt van steden om daar hun rituelen twee keer per dag uit te voeren. Het gesel-ritueel begon met het lezen van een brief – waarin de geselpraktijken werden gemotiveerd. Vervolgens vielen de flagellanten op hun knieën om zichzelf tijdens het zingen van stimulerende Geisslerlieder ritmisch af te zwepen. De komst van flagellanten leidde regelmatig tot een aanval op de joodse gemeenschap, die verantwoordelijk werd gehouden voor de pestepidemie.
Om de pestinfectie te ontlopen vertrokken veel mensen uit hun dorpen en steden naar pestvrije gebieden waardoor de ziekte zich verder zich verspreidde. Dit vertrek en de grote sterfte leidden tot een gebrek aan landarbeiders; op het land verrotte al het eten. Er was niet genoeg voedsel meer. Hongerige boeren vormden bendes. Bij deze boerenopstanden roofde ze alles leeg, ze vermoorden mensen, en stichtten brand. Hele streken werden verwoest.
De pestbacterie die Europa in het midden van de veertiende eeuw trof, maakte vele slachtoffers en decimeerde de bevolking in verschillende landen met tientallen procenten. Het duurde meer dan drie eeuwen aleer men over de gevolgen van de epidemie heen was en het bevolkingspeil van voor de pestepidemie weer had bereikt. Er stierven in deze periode zelfs zoveel mensen dat de leefomstandigheden voor de overlevenden beter werden. Het resultaat van dit alles was een aanzienlijke vermindering van beschikbare arbeiders en vaklieden, en daarbij kwam dan nog de ineenstorting van de financiële structuur. Op het platteland gingen boeren het braakliggend land in gebruik nemen. Er kwamen boerenopstanden en zo verdween het middeleeuwse systeem van lijfeigenschap langzaam en voorgoed waardoor een democratie op den duur mogelijk werd. De koopmansklasse werd fundamenteel voor de samenleving. Het verbrijzelen van normen door de Zwarte Dood werd daarom beschouwd als de eerste stap op het pad dat leidde tot de Renaissance en de Reformatie. Noch de regering, noch de kerk konden de pest verklaren of een remedie bieden. Seculiere en religieuze leiders stierven net als gewone mensen. Een kritische houding t.o.v. het geloof ontstond en zette aan tot zelfstandig leren denken.
In 1348 kwam de stadstaat Venetië met nieuwe regelingen, namelijk met quarantaine bepalingen om de pestverspreiding tegen te gaan. Elke matroos die de haven van Venetië tijdens de Black Death pandemie aandeed werd gedwongen om dertig dagen in quarantaine te worden geplaatst om aan te tonen dat hij geen enkele vorm van ziekte vertoonde. Deze periode werd nog langer (veertig dagen- vandaar quarantaine) om ervoor te zorgen dat iedereen in Venetië niet aangestoken werd door de Builenpest. Dit nieuwe systeem genoemd door Venetië als Quarantino werd geïmplementeerd in het grootste deel van Europa in 1350.
Een beeld van de pandemie geeft het beroemde boek van Boccacio’s Decamerone. Dit boek werd geschreven tussen 1349 en 1351(?) en speelt zich dus af tijdens de periode van de Zwarte Dood (of de pest), die Florence trof in 1348. Boccaccio beschrijft het leven van de rijken die zich van de pest trachten te isoleren, en die hun gewone leven willen leiden ook al was het bestemd om te worden afgebroken door de onvermijdelijke ziekte.
Geleidelijk verdween de pest, maar bleef met kleine uitbraken incidenteel toch nog voorkomen. Waarom deze pestgolf verdween is niet opgehelderd. Men vermoedt dat door de kortdurende kleine ijstijd in de 16-18de eeuw de zwarte rat uitstierf en daarmee ook de epidemie.